Menu
De afwezige geliefde, het gemis en het hartstochtelijk verlangen naar samenzijn vormen een rode draad in deze laatste ‘cyclus’ van Schuberts hand.
Marc Pantus, bas-bariton
Daan Boertien, piano
Schubert schreef kort voor zijn dood veertien liederen op teksten van Ludwig Rellstab, Heinrich Heine en Gabriel Seidl. Na zijn overlijden werden deze gezamenlijk als liedcyclus uitgegeven. De uitgever bedacht de naam Schwanengesang.
Het zijn afzonderlijke liederen, die niet bijeen gehouden worden door een verhaal, maar wel door een thema: de verre, afwezige geliefde is ook in Schwanengesang terug te vinden.
Net als in zijn liedcycli Winterreise en Die schöne Müllerin gebruikte Schubert in Schwanengesang een beekje als gesprekspartner. Zo laat hij in het eerste lied het water een liefdesboodschap overbrengen. Verder is het een en al droefheid, hartstocht en onbeantwoord verlangen. In het lied Abschied schreeuwt Schubert het uit: ‘Waarom moet ik al die pijnen verdragen!’.
Voorafgaand aan Schwanengesang voert het duo de Gesänge des Harfners van Schubert uit.
De veelzijdige Marc Pantus studeerde na zijn opleiding tot beeldend kunstenaar aan de Rietveld Academie zang aan de conservatoria van Utrecht, Den Haag en het Steans Institute te Chicago. Hij soleerde bij onder andere bij de Nederlandse Bachvereniging, het Koninklijk Concertgebouworkest, het Rotterdams Philharmonisch Orkest, het Royal Philharmonic Orchestra, Opera Zuid en de Nationale Opera, onder leiding van dirigenten als Kenneth Montgomery, Jos van Veldhoven, Paul McCreesh, Karel Deseure en Antony Hermus.
Marc nam verscheidene operarollen op cd op, waaronder Publio in La clemenza di Tito van Mozart en Pan in Pan and Syrinxvan Galliard. Ook nam hij samen met Rudolf Jansen een cd op met liederen van Nederlandse componisten op tekst van Heinrich Heine. In dezelfde periode voerde Marc in een seizoen de drie grote cycli van Schubert uit met Rudolf Jansen aan de piano.
Op uitnodiging van de International Vocal Competition ’s-Hertogenbosch schreef Marc de teksten voor twee verplichte werken van de concoursen van 2020 en 2023.
Bovendien bestiert hij zijn eigen operagezelschap: I Piccoli Holandesi. Met dit operagezelschap creëerde Pantus als regisseur en zanger enkele komische operaproducties, waaronder twee aan Don Quichot en Sancho Panza gewijde collage-opera’s. Onlangs baarde Pantus opzien met zijn productie van de derde acte van Wagners Parsifal, in kleine bezetting. Behalve als regisseur en vormgever, trad Pantus ook op als Gurnemanz en Amfortas, samen met mezzosopraan Merlijn Runia en tenor Frank van Aken, en een ensemble bestaande uit Daan Boertien op piano, Dirk Luijmes op harmonium en Andrea Friggi op synthesizer. Deze productie was onderdeel van de Wagner4daagse, een festival – opgezet door Marc – gewijd aan Wagners muziek in bewerking voor kleine ensembles in de Heilig Landstichting.
Daan Boertien is een Nederlandse concertpianist die zich heeft gespecialiseerd in liedbegeleiding. Recentelijk trad hij op met internationaal gevierde zangers zoals Benjamin Appl, Roderick Williams en Thomas Oliemans. Zijn debuut-cd met bariton Michael Wilmering werd door de internationale pers lovend ontvangen. Sinds 2020 is Daan Boertien als Associate Artist verbonden aan de Dutch National Opera Studio.
Daan Boertien won vele prijzen. Zo mocht hij in 2020 de Berenbergprijs bekronen met een prijswinnaarsconcert in de Elbphilharmonie in Hamburg. In 2019 won hij de DAAD-prijs van de Deutscher Akademischer Austauschdienst. In 2018 ontving Daan Boertien de publieksprijs van Dutch Classical Talent samen met bariton Raoul Steffani. Verder won hij bij het Gustav-Mahler-Wettbewerb in Hamburg samen met Bariton Geng Lee zowel de 1e prijs als de prijs voor beste liedbegeleider. In 2015 ontving hij de ‘Kunst aan de Dijk Prijs voor Jong Talent’ en in 2010 was Daan prijswinnaar van het Prinses Christinaconcours.
Op 10-jarige leeftijd werd Daan aangenomen bij de Young Musician’s Academy van het Conservatorium van Tilburg, waar hij les had van Jelena Bazova. Daarna studeerde hij bij David Kuyken aan het Conservatorium van Amsterdam en aan de Hochschule für Musik und Theater Hamburg, bij de Duitse liedspecialist Burkhard Kehring. Hiervoor ontving hij een beurs van het Prins Bernhard Cultuurfonds en de Oscar und Vera Ritter-Stiftung Hamburg. Verder kreeg hij onlangs belangrijke muzikale impulsen van György Kurtág en Alfred Brendel.
Daan Boertien trad onder meer op bij festivals als het Internationaal Liedfestival Zeist, het Grachtenfestival Amsterdam en het Prinsengrachtconcert, het Harmosfestival (Porto), de Achava Festspiele (Weimar), Festival Jeunes Virtuoses (Tunis) en het Delft Chamber Music Festival. Verder gaf hij concerten in het Concertgebouw, TivoliVredenburg, de Nationale Opera, Muziekgebouw aan ’t IJ en de Elbphilharmonie en Laeiszhalle in Hamburg. Ook is hij regelmatig te horen op NPO Radio 4 en te zien op televisie, onder meer bij Podium Witteman.
Boertien verplaatste zich met zichtbaar plezier in klarinet of trompet. Maar meer nog dan hen op de piano na te doen, zocht hij naar de ongebreidelde fantasie van zo’n klarinettist of zo’n trompettist. Uitermate knap. (…) Nu eens stuwend, dan weer afwachtend gaf Boertien de zangers hier alle ruimte voor expressie. En hoe hij het postludium van dat laatste lied speelde – onaards mooi. – Peter van der Lint, Trouw
